De scholen zijn weer begonnen. De spandoeken hangen in de stad om u er aan te herinneren dat u voorzichtig rijdt met al die kinderen op de weg. Voor een heleboel kinderen betekend deze nieuwe fase, naar de basisschool of naar het voortgezet onderwijs, dat ze eindelijk verder kunnen. Dat geldt niet voor elk kind. Sommigen vinden het heel eng, zien er erg tegenop of zijn er van overtuigd dat ze het niet kunnen. Het is dankbaar werk om met een homeopathisch middel deze kinderen te ondersteunen. We hebben veel middelen die bij deze omstandigheden passen. Bekend zijn Gelsemium (zenuwachtig, beven en slappe benen), Argentum-nitricum (zenuwachtig, kan zijn mogelijkheden niet inschatten, bang vast te zitten, wilt snel uit een situatie), Lycopodeum (maakt zich altijd zorgen, grote rimpel op zijn voorhoofd, fysiek niet zo sterk, verlegen op school en compenseert dat door thuis de baas te willen spelen) en Silicea (verlegen, durft geen beslissingen te nemen uit angst dat er iets mis gaat, is het kind over de drempel dan gaat alles goed en begrijp je niet waar het zo druk over heeft gemaakt). Een onbekendere groep middelen zijn de lacticums.
Lacticums zijn een organische verbinding tussen waterstof (H), koolstof (C) en zuurstof (0). Het sleutelwoord voor de lacticums is “het meisje”. Mensen die een lacticum nodig hebben gedragen zich meisjesachtig. Dat kan op de meisjesleeftijd, maar ook later als volwassene. Ook een volwassene kan zich kinderlijk gedragen, uitzonderlijk onvolwassen. Bij volwassenen zien we vaak hypoglycaemie. Er zijn een aantal verbindingen met lacticum (Aluminium-, Calcium-, Magnesium-, Natrium-lacticum, enz.) Allemaal hebben ze hun specifieke eigenschappen. Zo is de essentie van Calcium-lacticum: “een onzeker meisje”. Ze voelen zich klein en hebben het idee dat ze nog niet mee kunnen doen. Ook denken ze dat anderen dat ook over hen vinden.
Een paar casussen over kinderen, de namen zijn fictief, die de overgang naar school moeilijk vinden:
1. Janneke gaat naar groep vier. Ze ziet er erg tegenop. Al een aantal dagen loopt ze te sippen, dat ze niet wil en niet durft. Ze ligt lang wakker voor ze in slaap valt. Ze heeft ook al hoofdpijn. Dat is toch wel gek bij zo’n klein kind. Ze is ook vaak verkouden. Op school komt ze niet van haar stoeltje af en sabbelt de hele tijd op de punt van haar zakdoekje. Ze moet regelmatig wat eten, anders voelt ze zich slap en wordt ze heel geïrriteerd. Met drie keer om de twee weken een dosis Calcium-lacticum 200K gaat het allemaal gemakkelijker. Dat wil niet zeggen dat ze nu haantje de voorste is. De eerst maanden in groep drie zijn ook moeilijk. Ook bij de overgang naar het middelbaar onderwijs maakt ze weer een moeilijke periode door. Steeds helpt Calcium-lacticum. Peter van Hoeve
2. Christel heeft zich erop verheugd om naar haar nieuwe school te gaan, het is een grote stap voor haar en ze is er ook wat gespannen onder. Helaas loopt het niet zoals verwacht. Met name haar ouders hebben een probleem zo lijkt het. Christel doet vrijwel niets aan school en is druk met allerlei dingen. Volgens haar ouders vliegt ze overal heen en stelt ze steeds haar huiswerk uit. Komt er een periode met proefwerken, dan doet ze wel haar best, maar heeft moeite met concentreren. Ze laat zich door van alles afleiden: de kat, plantjes water geven, even appen of snel nog even op facebook. En hoewel ze ’s avonds het idee heeft alles goed te kennen, vallen haar resultaten tegen. Van het leren krijgt ze ook hoofdpijn. Bij doorvragen blijkt dat ze erg nerveus wordt. Ze kan trillend aankomen voor een proefwerk, en als ze begint gaat ze blanco. Haar ouders hebben het idee dat ze blokkeert omdat ze het juist erg goed wil doen. Op grond hiervan kreeg ze Gelsemium. Dat had effect: ze voelde zich wat rustiger, zat meer achter haar bureau en trilde minder bij een proefwerk, maar ze kon nog blokkeren en bleef gespannen en onrustig. De cijfers bleven lager dan gehoopt. Zou dat beter kunnen?
Het blijkt dat ze als kind ook onrustig was en moeilijk stil zat. Ook nu kan ze zich nog moeilijk concentreren, ze is snel afgeleid en focussen op een tekst kost erg veel moeite.
Thuis kan ze zich erg vervelen en gaat dan haar moeder irriteren, zoals ze het noemt. Ze blijkt bij vlagen erg chaotisch te zijn, dingen kwijt te raken en vaak te laat te komen. Ook is ze impulsief en erg bang in een lift. Ze heeft een bijgelovig kantje, zo doet ze voor een proefwerk altijd witte sokken aan.
Ze krijgt Argentum nitricum en haar resultaten op school verbeteren fors. Ook verveelt ze zich minder, is ze rustiger en minder zenuwachtig. Het is opvallend dat ze nu uren achter elkaar kan leren in plaats van een kwartier. Ook haar hoofdpijn is een stuk verbeterd. Ze neemt het middel ongeveer 1 keer per maand. Het blijft goed met haar gaan. Michel de Sonnaville