Meer dan drie jaar geleden ging het mis met de relatie die Paula al zes jaar had. Eigenlijk weet ze niet wat ze fout heeft gedaan. Wel heeft haar vriend haar een tijd ervoor bedonderd. Dat heeft haar vertrouwen een enorme deuk gegeven, maar ze hoopte steeds dat het wel weer goed zou komen. Ze vond immers geborgenheid en gezelligheid bij hem. Na lang aarzelen heeft haar vriend het uitgemaakt.

Sinds die tijd zit ze in een negatieve spiraal: ze heeft nergens zin in, komt tot niets, voelt zich daardoor slechter, sluit zich meer en meer af en heeft zo steeds minder zelfvertrouwen en eigenwaarde.

Aanvankelijk is ze doodmoe en tot niets meer in staat. Ze voelt zich nietig. De pillen van de huisarts helpen een beetje. Ook heeft ze veel geleerd van de gesprekken met de maatschappelijk werker. Maar het blijft allemaal moeizaam gaan.

Paula zit vaak uren lang, terwijl ze zich eigenlijk beter voelt als ze bezig is. Op zich kan ze goed alleen zijn, maar nu is ze bang dat ze zich dan steeds rotter gaat voelen. En dat gebeurt ook. Soms moet ze erg huilen en kan bijna niet meer ophouden. Dan zit ze in de knoop: ze voelt zich boos en zielig tegelijk.

Ze is van ellende gaan eten en de afgelopen jaren erg veel aangekomen. En na zo’n eetbui is ze een en al schuldgevoel.

Verder heeft ze vaak hoofdpijn die verbetert door te wrijven en masseren en die erger wordt als ze lang niet eet. Ze is duizelig bij het bewegen van haar hoofd. Ook heeft ze platte jeukende wratjes op haar borstkas.

Ze krijgt Thuja MK. Op het volgende consult geeft ze aan wel meer energie te hebben, maar ze voelt zich erg gespannen, zoals na de relatiebreuk. Een gevoel van ‘terug bij af’. Alsof haar emoties juist heftiger zijn geworden. Maar dat geldt ook voor positieve emoties en gevoelens, zo kan ze meer genieten van leuke dingen. Voor de menstruatie had ze geen erge eetbuien, in tegenstelling tot normaal, en in haar werk komt ze meer voor zichzelf op. Er wordt afgewacht, dat wil zeggen dat ze niet opnieuw een geneesmiddel inneemt. Paula wordt gerustgesteld dat het goed is voor haar dat haar emoties duidelijker worden en ze meer voor zichzelf opkomt.

Negen weken na het eerste consult is het derde gesprek. Ze geeft aan dat het een stuk beter met haar gaat. Ze is rustiger, heeft weer zin in dingen en alles gaat makkelijker. Ze heeft zelfs een examen gedaan, had er zin in en voelde slechts een gezonde spanning. Ook lichamelijk voelt ze zich beter,, de hoofdpijn en duizeligheid zijn stukken minder. Ook de eetbuien komen minder voor en ze is zelfs gaan lijnen. Vanaf dat moment houdt ze de stijgende lijn vast, incidenteel neemt ze het geneesmiddel in als ze merkt dat ze dreigt terug te vallen. Na tweeëneenhalf jaar gaat het nog steeds stabiel goed. Paula heeft een aantal beslissingen genomen en belangrijke zaken in haar leven veranderd. Zo heeft ze besloten te gaan verhuizen. Haar stemming is goed en ze zit weer vol energie.